
De ringsling staat bekend als een snel en gemakkelijk draagmiddel om je kindje te vervoeren. Toch hoor je er ook veel over klagen.
“Het zit niet zo lekker”
“Maar voor eventjes”
“Ik krijg mijn kindje niet mooi in de kikkerhouding”
“De ringen zakken altijd bij het aanspannen”.
Hoe is dat voor jou? Herken jij die haat-liefde verhouding met dit draagsysteem?
De ringsling is inderdaad snel. En gemakkelijk… als je eenmaal door hebt hoe het werkt natuurlijk. Omdat je het moet hebben van slechts 1 laagje stof (dat dan ook nog eens niet gezekerd is, wat het extra spannend maakt), heb je ook maar 1 kans om het goed te doen. Weinig ruimte voor wat geschipper hier en daar dus. Ook ik heb het moeten leren, en heb héél wat uitgeprobeerd om hem écht lekker te laten zitten.
Nu gebruik ik de ringsling altijd en overal. Aan de schoolpoort, in de winkel, tijdens het voeden, om samen de sla te wassen,… Kortom, een ringsling met een wakker, gezellig kindje erin: dat is heerlijk!
Daarom wat extra tips en tricks, die de ringsling gegarandeerd tot je grote vriend gaat maken!
TIP 1: Kies het juiste schouderstuk.
Er zijn verschillende types schouderstukken op de markt waarvan de gekendste: geplooid, gevouwen, ongevouwen en gewatteerd. Je leest er alles over in een vorige blogpost. Niet zeker? Via onze draagbib kun je eerst verschillende types uittesten. Dat bespaart je een miskoop!
TIP 2: Sta récht.
In dit artikel kun je een foto zien van een rug die zich is gaan “zetten” naar het kindje. Wij vinden het niet helemaal de bedoeling dat je je krom gaat dragen ;).
Je ringsling is sterk genoeg om het gewicht van je kindje te dragen, maar dan moet je het wel toelaten. Let er regelmatig op dat je je eigen lichaam recht houdt, en niet naar je kindje gaat staan als je het op de heup draagt. Het bespaart je een heleboel pijn in je rug, en je zal merken dat je veel langer met de ringsling kan dragen!
Sta niet alleen recht als je kindje in de ringsling zit, maar sta ook recht tijdens het aanspannen. Als je kromgebogen je ringsling aanspant, en daarna recht gaat staan, is de drukverdeling helemaal anders (en niet zo lekker). Sta daarom dus al mooi recht op het moment dat je de ringsling gaat aanspannen. Zo voel je meteen waar er nog extra spanning op moet, of waar het voldoende is.
Vooraleer je de stof over het ruggetje van je kindje brengt, moet je baby goed gepositioneerd zijn. Hou je baby op je heup en laat je baby zitten op de streng doekenstof. Zorg ervoor dat hij of zij al mooi in een spreidhurk-houding zit (knietjes hoger dan de billetjes, dus). Kijk dan de positie van je ringen na. De meest ideale plek is meestal met de bovenrand van de ringen net in het kuiltje onder je sleutelbeen. De bovenrand van de stof zal straks, als je klaar bent met aanspannen, bij voorkeur volledig horizontaal lopen. Met andere woorden: te hoog is ook niet goed.
Als je aan een ringsling trekt, dan doe je eigenlijk niks anders dan je kindje een beetje verder op je heup schuiven. Als je een gladde draagdoekenstof hebt wil die nog wel eens wat meer aanspannen, maar zo’n lekker dikke “peuterproof” stof doet dat echt niet. Met te lage ringen en een doek die niet voldoende is aangespannen als gevolg. Oké, niet trekken dus, maar wat dan wel?
Haal de losse stof van achter naar voren, zowel van het “buideltje” (je maakt een strakke hangmat) als van de bovenrand. Pas als deze vooraan zit, haal je de stof door de ringen? Trek niet, maar laat de stof zachtjes glijden. En heel belangrijk is de laatste tip…
De stof die door de ringen loopt, doet dat in een bepaalde richting. Draagdoekenstof heeft, dankzij zijn weving, veel grip (meer daarover in een vorige blog). Als jij aan de staart naar beneden trekt, dan loopt de stof helemaal over en onder elkaar en… (je raadt het al) loopt hij vast. Span je ringsling daarom altijd aan in de richting van waar de stof vandaan komt. Dat wil zeggen: de bovenrand richting de oortjes van je kindje, het midden richting billen en de onderrand recht naar beneden. In combinatie met tip 4 zul je dan, als bij magie, merken dat je ringen perfect op dezelfde plaats blijven zitten!
Zet bij het aanspannen niet té veel kracht. Doe je dat wel, dan gaat je ringsling draaien om zichzelf (om je eigen lichaam dus). Eindresultaat: te lage ringen en een niet voldoende aangespannen doek. Haal bij een doek die niet goed door de ringen glijdt de stof zachtjes en beetje bij beetje door de ringen. Hou je hand dicht bij de ringen tijdens het aanspannen. Zorg er voor dat het gewicht van je baby (zeker als dat al een peutertje is) door jouw hand wordt gedragen. Met andere woorden, til je baby een héél klein beetje op.
En niet onbelangrijk: luister naar je lichaam en bouw op. Assymmetrisch dragen blijft een grotere belasting voor je lichaam dan wanneer je symmetrisch werkt.